Last Updated: 23:23PM 4/25/2020
Een blik op het instrumentenpaneel is al voldoende om alle benodigde informatie over de “gezondheidstoestand” van de auto te weten te komen. Zo kan men nauwlettend in de gaten houden hoe het bijvoorbeeld zit met de oliedruk of de temperatuur van de koelvloeistof. Dat is allemaal cruciale data om niet alleen ervoor te zorgen dat er geen schade zal ontstaan aan de motor en versnellingsbak, maar ook de veiligheid van de inzittenden en overige weggebruikers te garanderen. Het rijden van een auto is op zo een wijze niet alleen overzichtelijker gemaakt, maar ook een stuk veiliger.
Steeds kijken naar het instrumentenpaneel hoeft niet
Het is gelukkig niet nodig om steeds naar het instrumentenpaneel te kijken en wordt de aandacht zo niet afgeleid. Het is immers niet de bedoeling dat je steeds de aandacht dient te vestigen op de meters en je volledig kan concentreren op het verkeer. Naast de meters die de cruciale informatie gelijk weergeven, zijn er altijd nog een groot aantal waarschuwingslampjes te vinden. Die sieren het instrumentenpaneel altijd en komen in de vorm van een aantal kleuren en symbolen. Zulke lampjes geven de situatie weer van een aantal cruciale functies weer van de auto zoals de remmen. Bij het oplichten van zo een lampje, moet er gelijk ingegrepen worden en moet soms zelfs de auto aan de kant worden gezet. Sommige functies zijn dubbel weergegeven en wordt dat gedaan indien er sprake is van functies waar de informatie ook af te lezen is op de metertjes, maar misschien over het hoofd is gezien. Zo een fel lampje dat opspringt, zal echter wel gelijk opgemerkt worden en gaat het soms ook gepaard met een geluidssignaal.
De kleur verklapt soms de urgentie
Lampjes die rood oplichten geven over het algemeen een zekere mate van urgentie weer en moet de rest van het symbool worden afgeleid. Daar mag er geen twijfel over bestaan en zijn de symbolen daarom ook in samenspraak met geldende regels in elkaar gezet. Dat moet verwarring voorkomen bij de bestuurder en maakt het ook eenvoudiger voor de garage om het probleem te interpreteren. Naast de rode, zijn er ook oranje, gele en blauwe lampjes te vinden. Gelijk dient erbij gezegd te worden, dat niet elk lampje een defect hoeft aan te duiden. Het bekendst is misschien het blauw lampje welke aan gaat bij gebruik van het grootlicht of die wanneer de ESP in werking treedt. Weet hebben van de betekenis, is dus ook nodig om niet in paniek te raken bij het oplichten. menig automobilist is al bezorgd naar de garage getogen bij het zien oplichten van zo een lampje, alleen maar om te vernemen, dat het geen defect betekende. Neem daarom wat tijd om door het instructieboekje heen te bladeren omdat daar de juiste instructies in gegeven zijn. Bij twijfels kan ook altijd nog even op het internet gekeken worden wat de betekenis is van sommige lampjes.
Gaat het lampje na een tijdje weer uit?
Naast de tijdelijk oplichtende lampjes van bijvoorbeeld de ESP of de noodrem, zijn er soms ook lampjes die aangaan en na een tijdje gereden te hebben, weer zullen uitgaan. Het kan in zulke gevallen gaan om een kleine storing die na een tijd door het systeem weer wordt “gladgestreken”. Wanneer het euvel zich echter steeds zal herhalen, is het wel nodig om een garage te laten kijken naar het probleem. In de meeste gevallen zal met de afleescomputer al snel het probleem achterhaald worden. Zo kan het gaan om een defecte sensor of een simpel los contact. Een veel voorkomend probleem is die van het ABS lampje dat plots begint te branden na het verwisselen van de remmen en komt het vaak door de stekker die niet meer vastgemaakt is of toch na een poos losschiet. Elke keer bij het starten, wordt er door het computersysteem een snelle controle uitgevoerd op elke sensor en wordt de status bij sommige modellen aangegeven middels het knipperen van zo een lampje. De sleutel laat je voor zo een controle even op de “aan” positie zonder de auto te starten. Het ligt in de bedoeling, dat bij een systeem waar alles in orde is, de waarschuwingslampjes na een paar seconden allemaal uit zullen gaan. Dit is een snelle manier om na te gaan of alles wel in orde is.
Ga ook zo na of er niet gesleuteld is aan de auto
Controle van de waarschuwingslampjes kan ook gebruikt worden om snel na te gaan of alles wel in orde is met de auto. Draai ook hier de sleutel tot de “aan” positie en kijk of wel alle lampjes oplichten. Dat geeft gelijk aan dat er geen sprake is van aanpassingen en alles nog origineel is. Speciale aandacht dient besteed te worden aan de “check engine” lamp omdat fraudeurs weleens het lampje alleen verwijderen wanneer er sprake is van een groot (opkomend) probleem. Eenmaal aanschaft is het vogeltje al snel gevlogen en sta je al gauw aan de kant van de weg met een defecte auto. Het is ook belangrijk om mee te geven, dat niet elk mankement zal resulteren in het oplichten van zo een waarschuwingslampje. De instellingen verschillen per fabrikant en wordt er daarom ook op gestaan dat alle foutcodes afgelezen moeten worden.
De waarschuwingslampjes geven dus op een snelle en overzichtelijke wijze aan dat er wat mis is met de auto of dat een bepaald systeem is geactiveerd. Er is dus geen reden tot paniek wanneer zo een lampje aangaat, maar moet er natuurlijk niet lang gewacht worden met het aanpakken van het eventueel defect. In sommige gevallen, zoals bij het aangaan van het remlichtje of die van de koelwatertemperatuur, is het zelfs aangeraden om zo snel als mogelijk met de auto aan de kant te gaan staan. Om de bestuurder de kans hiertoe is geven, is er altijd sprake van een marge wordt zo voorkomen dat bij snel en correct handelen, er blijvende schade zal worden veroorzaakt.